E-health: betekenis, meerwaarde en slimme inzet in de psychologische praktijk

“E-health” is een woord dat je tegenwoordig overal hoort, maar wat betekent het precies en wat heb jij eraan als cliënt, ouder, partner of verwijzer? Kort gezegd is e-health het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT) binnen de zorg. Denk aan beeldbellen, een beveiligd cliëntportaal, digitale vragenlijsten, meetapps, online zelfhulp, telemonitoring en het veilig uitwisselen van gegevens tussen zorgverleners.

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) definieert e-health als het gebruik van ICT voor gezondheid en beschouwt het als een van de snelst groeiende domeinen in de zorg. Dat is niet nieuw; al in 2005 riep de WHO landen op om nationale e-health-strategieën te ontwikkelen.

In Nederland spreken onderzoekers en beleidsmakers steeds vaker over “digitale zorg” als bredere term voor alle digitale toepassingen, van het patiëntportaal en PGO (persoonlijke gezondheidsomgeving) tot AI-ondersteuning en telemonitoring. Sinds 2013 volgen Nivel, RIVM en partners jaarlijks de stand van zaken. Vanaf 2024 heet dat programma de Monitor Digitale Zorg.

Digitale zorg is belangrijk omdat het de zorg niet alleen handiger maakt, maar ook toegankelijker, beter georganiseerd en betaalbaarder houdt. In deze uitgebreide gids lees je wat e-health inhoudt, welke vormen er bestaan, wat wel en niet werkt binnen de psychologie, hoe privacy en veiligheid geregeld zijn en hoe je er direct je voordeel mee kunt doen. Je krijgt concrete voorbeelden, recente cijfers en praktische stappen die je meteen kunt toepassen.


Wat is e-health anno nu en wat zegt de data?

E-health betekent in essentie: digitale middelen die de psychologische zorg ondersteunen of (deels) uitvoeren. De WHO beschrijft het als het gebruik van ICT voor gezondheid; binnen Europa wordt “digital health” zelfs nog breder gebruikt en omvat ook verbonden apparaten en consumententechnologie.

De belangrijkste vormen van e-health in de psychologie

  • Beveiligde berichten en e-consults via een cliëntportaal.
  • Beeldbellen als volwaardig alternatief voor fysieke afspraken.
  • Online zelfhulpmodules met oefeningen of psycho-educatie.
  • Telemonitoring, zoals het bijhouden van stemming, slaap of stress.
  • PGO-koppeling, waarmee je je medische gegevens zelf kunt beheren en delen.
  • AI-ondersteuning, vooral voor administratieve processen.
  • Elektronische gegevensuitwisseling tussen zorgverleners, verplicht volgens de Wegiz (Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg).

Sinds 1 januari 2024 is elektronisch voorschrijven door huisartsen de eerste wettelijk verplichte digitale uitwisseling.

Recente cijfers

De Monitor Digitale Zorg 2024 laat zien dat zorgverleners steeds vaker digitale middelen gebruiken. Het gebruik van patiëntportalen groeit sterk, net als telemonitoring en digitaal berichtenverkeer. Beeldbellen daalt daarentegen iets, wat duidt op een normalisering van hybride zorg: digitaal waar het kan en fysiek waar het beter past.

Aan de kant van cliënten zien we dezelfde trend. Steeds meer mensen gebruiken digitale portals, websites of apps. Toch blijft het gebruik van digitale behandelmodules relatief laag (tussen 8 en 14 procent). Ouderen en mensen met een lager opleidingsniveau gebruiken deze middelen minder vaak, waardoor extra ondersteuning belangrijk blijft.

Houding ten opzichte van e-health

Zorgverleners beoordelen de impact van e-health op maatschappelijke uitdagingen gemiddeld met een 6,1. De hoogste scores worden gegeven voor toegankelijkheid en regie voor de patiënt (ongeveer 6,5). Het minst positief zijn professionals over de invloed op werkdruk en kosten (ongeveer 5,7).

Ook cliënten worden positiever: de helft ervaart e-health als waardevol voor kwaliteit en toegankelijkheid, maar ongeveer 17 procent is nog negatief. Dat vraagt om aandacht voor gebruiksvriendelijkheid en uitleg.

Nederland is digitaal vaardig, maar niet iedereen evenveel

Volgens het CBS was in 2023 95 procent van de Nederlanders van 12 jaar en ouder dagelijks online. Vooral ouderen hebben de afgelopen tien jaar een enorme digitale groei doorgemaakt. Toch bestaan er nog steeds verschillen in digitale vaardigheden en zelfvertrouwen.

Van e-health naar hybride zorg

Met het Integraal Zorgakkoord (IZA) uit 2022 spraken overheid en zorgpartijen af dat zorg waar mogelijk digitaal wordt geleverd, gecombineerd met fysieke zorgmomenten. Deze hybride zorgbeweging wordt sindsdien actief gevolgd door het RIVM en laat zien dat steeds meer praktijken en ziekenhuizen overstappen op blended werkvormen.

Samengevat: e-health is geen tijdelijke trend maar een structurele verandering binnen de zorg. Het werkt vooral goed wanneer het aansluit bij de behoeften van de cliënt en wanneer het de behandeling ondersteunt in plaats van vervangt.


E-health in de psychologie: wat werkt echt voor jou (en wat niet)

Beveiligd berichtenverkeer en e-consults

Veel cliënten vinden het prettig om tussendoor een korte vraag te stellen via een beveiligd bericht. Dit voorkomt uitstelgedrag en versterkt het gevoel van regie. Onderzoek laat zien dat deze vorm van digitale communicatie sterk is toegenomen. Voor complexe of emotioneel beladen onderwerpen blijft een persoonlijk consult echter beter.

Beeldbellen

Beeldbellen is handig bij fysieke beperkingen, reistijd of drukke agenda’s. Sinds de coronaperiode is het een vast onderdeel van de zorg geworden. Toch blijkt dat veel cliënten bewust kiezen voor een mix van digitaal en fysiek: de intake digitaal en vervolgsessies op locatie. Het draait om maatwerk.

Online zelfhulp en blended modules

Digitale oefenmodules, bijvoorbeeld bij cognitieve gedragstherapie (CGT) of Acceptance and Commitment Therapy (ACT), versterken vaak de therapie. Toch gebruikt minder dan 15 procent van de cliënten deze modules actief. De belangrijkste reden om af te haken is dat men de module niet nuttig of te ingewikkeld vindt. Goede uitleg en begeleiding zijn daarom cruciaal.

Telemonitoring van stemming of slaap

Zelfmetingen thuis leveren waardevolle informatie op, vooral als ze doelgericht worden ingezet. Een eenvoudig slaapdagboek of wekelijkse stemmingstest kan bijvoorbeeld helpen om inzicht te krijgen in patronen en triggers.

Gegevensuitwisseling en PGO

De Wegiz verplicht veilige elektronische uitwisseling van gegevens tussen zorgverleners. Hierdoor verlopen overdrachten sneller en foutlozer. Met een Persoonlijke Gezondheidsomgeving (PGO) houd je bovendien zelf grip op je dossier.

AI-ondersteuning

Steeds meer zorginstellingen gebruiken AI-systemen voor administratieve taken of triage. Het doel is niet om de therapeut te vervangen, maar om meer tijd te creëren voor menselijk contact. Ongeveer één op de vijf artsen rapporteert al gebruik van AI.

Wat werkt minder goed

E-health werkt niet goed als het zonder duidelijke uitleg of doel wordt ingezet. Ook te veel digitale belasting kan averechts werken. Verder haken mensen met lage digitale vaardigheden sneller af wanneer ze onvoldoende begeleiding krijgen.

Kwaliteit, toegankelijkheid en werkdruk

Digitale zorg verbetert vooral de toegankelijkheid en eigen regie, maar vermindert niet automatisch de werkdruk. De effectiviteit hangt sterk af van organisatie, training en financiering.

Privacy en veiligheid

Bij Psycholoog Marlijn worden alle systemen AVG-conform gebruikt. Leveranciers voldoen aan NEN- en ISO-normen en gebruiken tweestapsverificatie. Je hebt als cliënt altijd inzage in je gegevens en bepaalt zelf wat er gedeeld wordt.

Vergoeding en bekostiging

De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) publiceert jaarlijks de Wegwijzer bekostiging digitale zorg. De regels zijn versoepeld om digitale zorg te stimuleren. Vraag bij twijfel altijd na bij je zorgverzekeraar welke onderdelen vergoed worden.


Jouw stappenplan om meer uit e-health te halen

1. Kies de juiste mix

Bepaal samen met je behandelaar welke onderdelen digitaal kunnen. Een intake kan vaak prima via beeldbellen, terwijl verdieping of exposure beter in de praktijkruimte plaatsvindt. Deze hybride aanpak sluit aan op het Integraal Zorgakkoord.

2. Begin klein

Start met één digitaal hulpmiddel, zoals een portaal of dagboek-app. Formuleer een duidelijk doel, bijvoorbeeld “mijn inslaaptijd met 20 minuten verkorten binnen drie weken”.

3. Maak heldere afspraken

Leg vast wat er gemeten wordt, hoe vaak, en wie toegang heeft tot de gegevens. Zo blijft het overzichtelijk en doelgericht.

4. Houd rekening met je digitale comfort

Niet iedereen voelt zich even zeker online. Laat het weten als iets niet lukt; we helpen je stap voor stap. Kleine successen bouwen vertrouwen op.

5. Bescherm je privacy

Alle gegevens worden beveiligd opgeslagen en alleen gedeeld met jouw toestemming. Dankzij de Wegiz is veilige elektronische uitwisseling nu de norm.

6. Verwacht begeleiding, geen wondermiddel

E-health werkt pas echt als het ingebed is in het behandelplan. Apps of modules zijn hulpmiddelen, geen vervangers van persoonlijk contact.

7. Voor verwijzers

Huisartsen en POH-GGZ kunnen blended trajecten actief aanbevelen. Verwijs naar het cliëntportaal voor logistieke communicatie en gebruik de NZa-wegwijzer voor bekostiging.

8. Wanneer beter niet digitaal

Bij crisis, hoog risico of complexe comorbiditeit is fysiek contact veiliger en effectiever. Ook wanneer digitale stress te groot is, kiezen we voor eenvoud.

9. Veelgestelde vragen

Worden digitale consulten vergoed?
Ja, vaak wel, afhankelijk van je zorgverzekering en de aard van de behandeling.

Is mijn data veilig?
Ja, wij werken volledig volgens de AVG en de Wegiz.

Werkt e-health even goed als reguliere therapie?
E-health is het meest effectief als onderdeel van een hybride aanpak.

E-health is geen doel op zich maar een waardevol hulpmiddel. Het vergroot de toegankelijkheid, versterkt de eigen regie en zorgt ervoor dat behandeltijd efficiënter wordt benut. Door slimme inzet van digitale middelen ontstaat ruimte voor wat echt belangrijk is: persoonlijk contact en duurzame verandering.